Algemene informatie over Curaçao

Curaçao ligt in het zuidelijke deel van de Caribische Zee, niet ver van de kust van Venezuela. Het is het grootste eiland van de ABC-eilanden, waar ook Aruba en Bonaire bij horen. Het eiland is ongeveer 444 vierkante kilometer groot. Vanaf Amsterdam is het een flinke reis, de afstand is namelijk zo’n 7.850 kilometer. Dit is ongeveer 10 uur vliegen.

Het landschap op Curaçao is vrij vlak en droog. Je vindt er dan ook veel planten die goed tegen droogte kunnen, zoals cactussen en de bekende divi-divi bomen die door de wind een speciale vorm hebben gekregen. Het weer is er eigenlijk altijd lekker. De temperatuur ligt overdag meestal tussen de 30 en 33 graden. Een constante noordoostelijke wind zorgt gelukkig voor een beetje verkoeling. Een groot voordeel is dat Curaçao buiten de orkaanzone ligt, waardoor het eiland bijna nooit last heeft van grote tropische stormen. Het hoogste punt van het eiland is de Christoffelberg, met een hoogte van 372 meter.

Curaçao en Willemstad oppervlakte

De totale oppervlakte van het eiland Curaçao is 444 vierkante kilometer. De hoofdstad, Willemstad, heeft niet één duidelijke oppervlakte; dat hangt er een beetje vanaf hoe je het bekijkt. Het allermooiste en bekendste deel, het historische centrum dat op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat, is eigenlijk best klein. Dit gebied, met de wijken Punda, Otrobanda, Pietermaai en Scharloo, beslaat maar 86 hectare (of 0,86 km²) met een bufferzone eromheen van 87 hectare. Soms worden er grotere getallen genoemd, zoals 117 km², maar dan gaat het over een veel breder stedelijk gebied rondom de historische kern.

Een eiland vol geschiedenis

Curaçao komt vaak voor in de geschiedenisboeken. De eerste bewoners waren de Caquetío, een inheems volk dat duizenden jaren geleden op het eiland leefde. In 1499 kwamen de eerste Europeanen aan, onder leiding van de Spaanse ontdekkingsreiziger Alonso de Ojeda. Dit was een dramatische verandering voor de oorspronkelijke bewoners. Rond 1515 werden velen van hen gevangen genomen en als slaven naar het eiland Hispaniola gebracht om in de mijnen te werken.

In 1634 namen de Nederlanders, via de West-Indische Compagnie (WIC), het eiland over van de Spanjaarden. De WIC zag de natuurlijke haven van Curaçao als een perfecte uitvalsbasis voor handel en kaapvaart. Vanaf dat moment kreeg Curaçao een hele belangrijke, maar ook hele donkere rol in de geschiedenis. Het werd het centrum van de slavenhandel in het Caribisch gebied. Meer dan 100.000 tot slaaf gemaakte Afrikanen werden via Curaçao verhandeld naar andere plekken in de regio. Deze periode heeft diepe sporen achtergelaten die de samenleving van vandaag nog steeds vormen.

Een belangrijk moment in de geschiedenis is de grote slavenopstand in 1795, geleid door Tula. Geïnspireerd door de idealen van de Franse Revolutie, eisten hij en zijn volgers hun vrijheid. Hoewel de opstand hardhandig werd neergeslagen, wordt Tula vandaag de dag gezien als een nationale held en een symbool van de strijd voor vrijheid. In 1863 werd de slavernij in de Nederlandse koloniën formeel afgeschaft.

Politiek op Curaçao

Sinds 10 oktober 2010 is Curaçao een zelfstandig land binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Dit betekent dat het eiland zijn eigen regering en wetten heeft, maar nog steeds verbonden is met Nederland, Aruba en Sint Maarten binnen het Koninkrijk. Zaken als defensie en buitenlandse betrekkingen worden bijvoorbeeld gezamenlijk geregeld. Curaçao heeft een eigen parlement, de Staten, met 21 leden die om de vier jaar worden gekozen. Aan het hoofd van de regering staat de Gouverneur, die de Koning vertegenwoordigt.

Bevolking en talen

De bevolking van Curaçao is een kleurrijke mix van culturen en nationaliteiten, een direct gevolg van de bewogen geschiedenis. Er wonen mensen met meer dan 100 verschillende nationaliteiten op het eiland. De meerderheid van de bevolking heeft een Afro-Caribische achtergrond. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek van Curaçao woonden er op 1 januari 2025 ongeveer 156.115 mensen op het eiland.

Deze mix van culturen zie je ook terug in de talen die er gesproken worden. De officiële talen zijn Nederlands en Papiamentu. Nederlands is vooral de taal van de overheid en het onderwijs, maar in het dagelijks leven hoort bijna iedereen Papiamentu spreken. Deze unieke creooltaal is ontstaan in de 17e eeuw en is een mix van Portugees, Spaans, Nederlands, Engels en verschillende West-Afrikaanse talen. Het is echt het hart van de Curaçaose identiteit. Naast deze twee talen spreken veel mensen ook goed Engels en Spaans.

De hoofdstad van Curaçao: Willemstad

De hoofdstad van Curaçao is Willemstad. Het historische centrum van de stad is zo bijzonder dat het sinds 1997 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Het staat bekend om de vrolijk gekleurde gevels aan de Handelskade. Volgens het verhaal was het een gouverneur in de 19e eeuw die verbood om de huizen wit te schilderen, omdat de reflectie van de zon te fel was voor zijn ogen. De stad bestaat uit verschillende wijken, zoals Punda en Otrobanda, die met elkaar verbonden zijn door de beroemde pontjesbrug.

De economie en de nieuwe gulden

De economie van Curaçao draaide lange tijd op een paar belangrijke pijlers: toerisme, de olieraffinaderij (de Isla), financiële diensten en de haven. De laatste jaren is de toekomst van de oude en vervuilende raffinaderij erg onzeker, waardoor het eiland op zoek is naar nieuwe, duurzamere manieren om de economie te laten groeien.

Een grote verandering heeft te maken met het geld. Vanaf 31 maart 2025 heeft Curaçao (samen met Sint Maarten) een nieuwe munteenheid: de Caribische Gulden. Deze vervangt de Antilliaanse Gulden, die nog verbonden was aan de Nederlandse Antillen, een land dat sinds 2010 niet meer bestaat. De waarde blijft wel precies hetzelfde, gekoppeld aan de Amerikaanse dollar.

Lokaal eten en drinken

De keuken van Curaçao, ook wel ‘Kuminda Krioyo’ genoemd, is een heerlijke mix van smaken uit het Caribisch gebied, Latijns-Amerika, Afrika en Europa. Een heel bekend gerecht is stobá, een stoofpot die gemaakt kan worden met rundvlees (karni) of geitenvlees (kabritu). Een ander uniek gerecht is keshi yená, waarbij een uitgeholde Edammer kaas wordt gevuld met gekruid vlees en groenten en dan in de oven wordt gebakken. Bij bijna elke maaltijd wordt funchi gegeten, een soort stevige polenta van maïsmeel.

Als je op Curaçao bent, moet je natuurlijk ook de wereldberoemde Blue Curaçao likeur proberen. Deze wordt gemaakt van de gedroogde schillen van de Laraha, een bittere sinaasappel die alleen op het eiland groeit. De likeur zelf is doorzichtig, de bekende blauwe kleur wordt er later pas aan toegevoegd.

Ontdek meer over Curacao

Scroll naar boven